“Ik heb je hulp nodig bij het uitzoeken van een nieuw horloge” zei ze opeens vanuit het niets.
Als door een bij gestoken veerde ik op uit mijn stoel. De meest positieve geluiden die ik de afgelopen jaren heb mogen ontvangen met betrekking tot onze hobby waren zoiets als: “joh als jij er blij van wordt dan doe je maar” of een zo mogelijk nog warmer “deze is in ieder geval wat minder opvallend dan die anderen”.
De vreugde bleek voorbarig. Vereisten waren:
- Niet te groot
- Hufterproof
- Digitaal
- Met alarm en aftelfunctie
Het bleek om een draagbare timer te gaan die onze zoon (2) eraan moet herinneren om te gaan plassen.
Maar ik laat me natuurlijk niet uit het veld slaan. En ik, zoals jullie waarschijnlijk ook, dacht bij deze vereisten meteen: G-Shock! Stiekem heb ik er altijd al een willen hebben. Het toppunt van praktische onverwoestbaarheid.
Maar nu de punchline! Na een paar dagen zei mevrouw Abbiflap: “wat fijn om weer een horloge te dragen. Vooral omdat ik bij deze me totaal geen zorgen hoef te maken dat ik hem beschadig”. Niet van haar pols te branden dat ding (waardoor mijn zoon nu wel alsnog zonder zit).
Er is dus hoop dat het concept ‘horloge’ alsnog aanslaat en dat we binnenkort hier mogen brainstormen over haar volgende verjaardagskado.