Zo, als een echte vintage handelaar een bekende naam uit horlogeland gebruikt voor iets wat het niet is
Maar goed, mijn nieuwste project heeft toch wel de nodige overeenkomsten met de originele IWC Portugieser, vandaar dat ik die er toch even bij sleep.
Eerst weer een stukje geschiedenis, en wel te beginnen bij IWC. Die hebben een verhaal bij het ontstaan van de Portugieser. Twee zakenmannen van een Portugese retailer kwamen bij IWC met de vraag om een polshorloge met de nauwkeurigheid van een marine chronometer. Om dat te bereiken plaatste IWC een zakhorlogeuurwerk in een polshorloge. Dat moest daardoor wel de voor die tijd enorme diameter van 43 mm krijgen. En zo werd de Portugieser geboren.
Voor een uitgebreidere versie van dit verhaal, lees hier: https://www.iwc.com/us/en/forum/history-of-iwcs-portugieser-watches-reference-325.html
Het verhaal van de Portugieser heeft weer bekendheid gekregen omdat IWC het model op een gegeven moment weer nieuw leven heeft ingeblazen, maar IWC was zeker niet de enige die in de jaren 30 polshorloges met zakhorlogeuurwerk leverde; bijvoorbeeld Omega, Eterna, maar ook Tissot leverde dergelijke horloges. Wellicht dat dus meerdere fabrikanten die vraag naar nauwkeuriger polshorloges opmerkten.
Maar het zou ook best eens kunnen dat de werkelijkheid wat minder romantisch was. Er waren namelijk ook andere dingen aan de hand namelijk dat het hunter zakhorloge (met klepje aan de voorkant en kroon op 3 uur) uit de mode was geraakt; in de jaren 20 werden die nog redelijk verkocht, maar in de jaren 30 was dat behoorlijk over. En omdat uurwerken vaak op voorraad werden gemaakt zaten fabrikanten met overschotten aan hunter-zakhorlogeuurwerken. En laat je die nou ook mooi voor polshorloges kunnen gebruiken…
Sluit dus niet uit dat ze gewoon een markt hebben gecreëerd om van overtollige uurwerken af te komen.
Ik weet niet hoe het bij IWC, Omega of Eterna zat, maar bij de eerste “Portugiesers” van Tissot kun je als je er iets meer van weet zien dat ze incourante uurwerken gebruikten; serienummers van het de uurwerken dateren uit tweede helft jaren 20, terwijl de horloges vanaf ongeveer 1936 gemaakt werden. Die uurwerken lagen dus al een jaar of 10 op de plank.
Veel van de eerste IWC Portugiesers schijnen in Oost-Europa te zijn verkocht, iets wat ook geldt voor de Tissots, veel daarvan zijn in Polen verkocht. Wellicht dat het bij de lokale mode of smaak paste. Hier een pagina uit een Poolse catalogus uit die tijd: (Bron: rusty_watches, Instagram). Dit is overigens de laatste versie, met het nieuwere kaliber 43.
Terug naar mijn horloge, geen IWC dus maar een Tissot. Nu delen deze Tissots nog een eigenschap met de IWC Portugiesers, zijn zijn schaars en in goede staat vrij prijzig. Maar gelukkig kwam er een poosje geleden een exemplaar langs met de nodige problemen, duidelijk een gestrand project. Allerlei onderdelen ontbraken, met name van het uurwerk. En dat hield de gebruikelijke bieders met het grote geld op afstand zodat ik hem kon binnenhalen.
Het uurwerk geeft de grootste uitdagingen, dus daar beginnen we mee. Zoals hierboven al gezegd is het horloge uit 1937, maar het serienummer van het uurwerk dateert dat op 1927. Het uurwerk draagt het kalibernummer 39.3, wat staat voor de diameter van het uurwerk in mm, zoals Tissot sinds de fusie met Omega in SSIH hun kalibers noemde. Maar in feite is dit een aangepast en omgenummerd kaliber 115. Oorspronkelijk hadden die een diameter van 40.5 mm, maar die is door Tissot afgedraaid naar 39.3 mm om in de polshorlogekast te passen. Wellicht was dit gewoon een kast uit de catalogus van een kastenbouwer, anders zou je eenvoudiger een iets grotere kast kunnen maken lijkt me.
Uurwerk op de klem:
Een snelle scan leert dat naast de nodige schroeven de opwindstift, het anker en de (breguet)spiraal van de balans ontbreken. Dus een duik in de donorbakken. Nu zijn ondanks de verschillende nummers veel van onderdelen van de oude Tissot zakhorlogeuurwerken uitwisselbaar. Ik heb een kaliber 116 liggen met een Breguetspiraal dus daar pak ik de balans van, het anker van een kaliber 115, en de stift van een kaliber 210. Ik kijk nog even of ik de spiraal kan overzetten zodat ik het originele balanswiel kan behouden, maar het verschil in gewicht is te groot; dat gaat geen bruikbare amplitude opleveren dus ik zet de complete balans over. Dat gaat nog niet helemaal vanzelf want het gat voor de pitonpen in de balanskloof is wat scheef geboord waardoor de spiraal helemaal klem zit tegen de kloof. Met een beetje “walsen” modificeer ik het gaatje een beetje zodat het beter past.
Helaas wil het uurwerk met geen mogelijkheid lopen door plakkerige oude olie dus moet de boel eerst uit elkaar en de schoonmaakmachine in. Ik heb eigenlijk liever voor het schoonmaken de boel al aan het lopen, dan kun je alle problemen al vaststellen en hoef je minder te rommelen aan een uurwerk dat al schoon is. Maar het is even niet anders. Na het schoonmaken montage; blijkbaar niet al te veel foto’s van gemaakt
:
Bij het plaatsen van het anker blijkt de ingaande palet niet vrij te lopen, die kan niet voorbij de tanden van het ankerrad. Dat kan op 2 manieren opgelost: aanslagpennen verbuigen of diepte van de palet in het anker corrigeren. In dit geval blijkt de slag van het anker asymmetrisch dus ik kies ervoor om de aanslagpen te verbuigen. Na wat buigen tot de slag symmetrisch is blijkt ook de speling van de ingaande palet in orde dus de diepte van de palet hoeft verder niet aangepast.
Balans erin, en hij loopt:
Maar dat is ook zo ongeveer het enige wat je kunt zeggen. De rate en amplitude gaan alle kanten op en ik hoor allerlei ongewenste bijgeluiden
De breguetspiraal raakt af en toe de balanskloof, maar wat erger is, de balansband raakt de ankerkloof. Ik krijg een donkerbruin vermoeden dat er een verkeerde staf in deze balans zit. Ik wissel even de met een andere balans die ik nog heb uit een kaliber 115, en die loopt inderdaad wel mooi vrij. Nog even geprobeerd de spiraal ook over te zetten maar helaas is ook dat een zwaarder wiel, dus dat levert een rate op waar niks mee te beginnen is:
Nieuw plan. Ik heb nog een nieuwe staf voor een kaliber 210 op voorraad, en behalve de iets dikkere vatting van de plateausteen zijn die gelijk aan de 115, dus die is prima te gebruiken. Dus, nieuwe staf in het wiel:
Richten; altijd wel een gepruts met zo’n compensatiebalans, zit weinig verband in:
En balanceren. Omdat ik al gezien had dat de rate aan de lage kant was met het kompas in het midden dus kies ik ervoor om wat massa weg te nemen van de balansschroeven, dan gaat gelijk de rate wat omhoog.
Gelijk ook een nieuwe blanke opwindveer erin. Nog wat tweaks aan de spiraal zodat hij niet meer tegen de kloof aanloopt en dan heb ik eindelijk wat moois op het scherm:
M’n balanceerwerk blijkt er mee door te kunnen, ook in verticale standen doet hij het prima, geen opvallende verschillen dus geen overduidelijk zwaar punt.
En verder met de montage; wijzerplaat en wijzers erop. Passing van de wijzers blijkt ook een dingetje. Na wat wisselen met uurraderen blijkt er nogal wat spreiding op die diameters te zitten. Bij sommige valt de wijzer er vanaf, bij andere krijg je hem er niet op. Uiteindelijk blijkt een uurrad van een latere kaliber 38.2 het best bij de uurwijzer te passen. Productietoleranties op z’n 1920’s Busje van de secondewijzer knijp ik een fractie samen zodat die ook op de juiste diepte op de tap klemt.
Verder naar de kast. Die heeft een kromme lug die nog even gericht moet. Dat is altijd zenuwenwerk want je wilt niet dat hij breekt. Geen foto’s dus
Verder is de tapdikte van de stift met 1.4 mm vrij fors voor een polshorloge, dus ik heb gelijk al m’n twijfels of de nieuwe kroon die ik besteld heb wel in de tube van de kast past. En inderdaad; dat past dus niet. Mogelijk dat Tissot destijds voor deze polshorloges dunnere stiften gebruikte, maar die heb ik niet. Ruimte voor een stiftverlenger om naar een dunnere draad te gaan is er nauwelijks dus moet de bus van de kroon aangepast. Kroon in de draaibank en met een klein stukje schuurlinnen langs de bus tot de tube er overheen past:
En hij past:
En dan tijd voor de eindassemblage:
Uurwerk in de kast:
Kastschroeven erin (ook uit een donorwerk; kastschroeven waren uiteraard ook pleite):
Vers Sternkreuz N glaasje erin en de bezel erop:
Voor een lugwijdte van 24 mm en vaste pennen is het standaard aanbod horlogebandjes gelijk aan nul, dus weer aangeklopt bij #torrestraps voor een fraai stukje maatwerk uit blauw Nubuck:
En klaar:
En hoe ziet dat er nou uit op de pols? Nou groot ; 43 mm vrijwel zonder bezel draagt niet klein kan ik je vertellen
Allemaal weer bedankt voor het kijken, ik ga van deze topper genieten