Beste Robbert,
Hartelijk dank voor de uitleg, hoewel ik er als leek niet veel van begrijp.
Maar mag ik uit jouw woorden wel opmaken dat er met mijn Speedmaster niets mis is en dat het er gewoon bijhoort? Zie ook mijn filmpje :
Groet,
Joost
Beste Robbert,
Hartelijk dank voor de uitleg, hoewel ik er als leek niet veel van begrijp.
Maar mag ik uit jouw woorden wel opmaken dat er met mijn Speedmaster niets mis is en dat het er gewoon bijhoort? Zie ook mijn filmpje :
Groet,
Joost
Beste Joost,
Ik heb je filmpje goed bekeken en eerlijk gezegd vind ik die haperingen in vergelijking met wat ik bij toeren aan Omegaâs onder ogen krijg nogal meevallen.
Zoals eerder geschreven: de niet goed opgezette chronograafwijzer is gewoon slordig, maar de onregelmatige beweging daarvan wordt veroorzaakt door een optelsom van toleranties en compromissen in de instellingen. Die zijn â de constructieve kenmerken van dit traditioneel opgebouwde caliber in aanmerking nemend â nooit volledig te vermijden. Wel netjes is het zeer correct ingestelde verspringen van de minuutteller, en dat zie ik ook weleens anders!
En over nauwkeurigheid gesproken: het uurwerk in dit nieuwe horloge heeft een tikgetal van 21.600 tikken per uur, dus 6 tikken per seconde. Hoe wil je hiermee ooit die op de wijzerplaat aangegeven eenvijfde seconde aflezen? Dat gaat wel goed met de oude 321 die, zoals het hoort, een tikgetal van 18.000 (dus 5 tikken per seconde) heeft.
Veel plezier met deze echte klassieker,
Robbert
Okay, duidelijk. Dit is wat ik wilde horen, een overtuigend en goed beargumenteerd verhaal. Ik weet nu zeker dat het horloge goed is en dat het gewoon een typisch verschijnsel bij dit type uurwerk is. Ik kan er nu van gaan genieten!
Beste Joost,
Ik heb je filmpje goed bekeken en eerlijk gezegd
vind ik die haperingen in vergelijking met wat ik
bij toeren aan Omegaâs onder ogen krijg nogal
meevallen.Zoals eerder geschreven: de niet goed opgezette
chronograafwijzer is gewoon slordig, maar de
onregelmatige beweging daarvan wordt veroorzaakt
door een optelsom van toleranties en compromissen
in de instellingen. Die zijn â de constructieve
kenmerken van dit traditioneel opgebouwde caliber
in aanmerking nemend â nooit volledig te
vermijden. Wel netjes is het zeer correct
ingestelde verspringen van de minuutteller, en dat
zie ik ook weleens anders!En over nauwkeurigheid gesproken: het uurwerk in
dit nieuwe horloge heeft een tikgetal van 21.600
tikken per uur, dus 6 tikken per seconde. Hoe wil
je hiermee ooit die op de wijzerplaat aangegeven
eenvijfde seconde aflezen? Dat gaat wel goed met
de oude 321 die, zoals het hoort, een tikgetal van
18.000 (dus 5 tikken per seconde) heeft.Veel plezier met deze echte klassieker,
Robbert
Bedankt Aguja, ik had het zelf ook liever wat korter gehouden.
Maar eind goed al goed. Thanks to Precisieman!
- Beste Joost, welkom op dit forum,
- gefeliciteerd met je Speedy,
- wat een binnenkomer, met zoân topic; het kostte
me een uur om bij te (her-)lezen. Maar zeker de
moeite waard.
Het filmpje dat je postte om 3/11:31 maakt veel
duidelijk, ik begrijp wat je bedoelt, maar lijkt
me geen probleem. Blijkt ook wel en beetje uit de
vele reacties; zeer leerzaam, vooral die van
Robbert = thanks Precisieman!
Ik zei het al, er zitten erbij die kunnen je het perfect uitleggen, niet dat ik het hele verhaal geheel snap, maar de vakman spreekt en ik zeg AMEN!!:}
Meen dat Zenith een tikgetal bij bepaalde modellen levert of leverde! die op 36000 tikken liggen, volgens mij moet er dan een nog soepelere gang van de sec wijzer wezen? maar heb ook weer gelezen dat de slijtage van deze uurwerken weer zeer hoog zijn.
Ik zou ook niet weten wat het perfecte tikgetal zou moeten wezen. Omega claimt dat een lager tikgetal weer minder snel onderhoud nodig heeft. Althans dat wordt gezegd bij het Co-Axiaal uurwerk.
Of dat waar is zal tzt moeten uitwijzen als de eerste uurwerken over een jaar of 4 voor een service worden aangeboden. Ben eigelijk best wel benieuwd of de uurwerken van de Omega PO basis Eta 2892 a2 type 2500c zo lang meegaan zonder dat er noemenswaardige slijtage optreed. De tijd zal het leren.
Beste âhcptdgâ,
En wellicht wordt het ook eindelijk eens duidelijk
waarom de (helaas meestal dure!) revisie van een
dergelijk uurwerk nooit en te nimmer aan de eerste
de beste amateur mag worden overgelaten!Geloof het of niet, maar wanneer er in een
chronograafmechaniek noodgedwongen nieuwe
onderdelen worden geplaatst, dan gaat dit â anders
dan in een regulier uurwerk â meestal gepaard met
de nodige aanpassingen aan die onderdelen. Ze
passen over het algemeen wel, maar niet zelden is
de interactie met de rest van de onderdelen niet
helemaal naar wens en dan moet je als technicus
beslist weten wĂĄt er precies moet worden gewijzigd
teneinde de zaak goed te laten functioneren.Nogmaals: ik heb in mijn verhaaltje alleen die
zaken benoemd en beschreven die op de vraag over
de zich onregelmatig voortbewegende
chronograafsecondewijzer betrekking hebben. Er
zijn nog heel veel meer kritische instellingen in
zoân mechaniek te beschrijven, maar dat gaat
helaas een heel boek vullen en dat is volgens mij
niet helemaal de bedoeling van dit forum :-).Met vriendelijke groeten,
Robbert
Och, we hebben ook een technisch deel op 't forum
Maar vriendelijk bedankt voor je uitleg (tu)
Kun je ook verklaren hoe bij een co-axial de secondewijzer onregelmatig kan tikken? Deze secondewijzer wordt toch ook direct aangedreven?
Mooie uitleg, ik lees het ook nog ff een paar keer doorâŠ
Bedankt voor deze uitgebreide info(tu)
Grt. René
Beste MarnixMoed,
Nee, dat kan ik helaas niet. Ik neem aan dat het uurwerk geen chronograafcaliber is en daadwerkeljk een directe centrale seconde heeft. In ieder geval heeft het verschijnsel absoluut niets te maken met het coaxiaal-echappement, dat dezelfde regelmatige âsprongenâ maakt als de (Zwitserse) ankergang.
Met vriendelijke groeten,
Robbert
Beste MarnixMoed,
Nee, dat kan ik helaas niet. Ik neem aan dat het
uurwerk geen chronograafcaliber is en daadwerkeljk
een directe centrale seconde heeft. In ieder geval
heeft het verschijnsel absoluut niets te maken met
het coaxiaal-echappement, dat dezelfde regelmatige
âsprongenâ maakt als de (Zwitserse) ankergang.Met vriendelijke groeten,
Robbert
Hoi Robert,
Inderdaad geen chronograaf, maar het âouweâ 2500 kaliber.
Beste MarnixMoed,
De gecamoufleerde ETA 2892 dus, en dan duikt meteen de vraag op: welke versie?
Er is namelijk nogal gesleuteld aan dit oudste caliber met coaxiaal-echappement, met als resultaat dat er nu A-, B- en C-varianten in omloop zijn (de versie staat meteen achter het calibernummer).
Aangezien moderne ETA-werkjes een directe centrale seconde hebben (de minuutwijzer is in dergelijke calibers indirect), moet de fout zonder twijfel in het echappement worden gezocht. En dan wordt dat versieverhaal belangrijk, want met name tussen de A- en B-series bestaan grote verschillen. Het coaxiaal-echappement vereist een uiterst exacte vervaardiging; toleranties van plus of minus 1/1000 millimeter kunnen het verschil tussen perfect, matig en slecht functioneren bepalen! Komen daar andere factoren bij, zoals o.a. een te zwakke ankerbrug of een schokbeveiliging die te veel laterale (zijdelingse) beweging toelaat tijdens een klap tegen de kast en daarnaast enig gedoe rond het al dan niet oliegeven van dit gevoelige systeem, dan zijn problemen als het ware voorgeprogrammeerd. Olie? Dat was toch niet nodig? Nou nee, niet ter voorkoming van slijtage, maar die olie moest als schokbreker dienen, omdat Omega in plaats van een zachtere goudlegering staal had gebruikt voor het bovenste impulswiel en bovendien de voorkeur gaf aan hogere tikgetallen dan de 18.000 waarmee het systeem in de door Daniels gemaakte horloges optimaal functioneerde.
Ik begrijp dat het horloge ooit door Omega geĂŻnspecteerd is, alleen is dit nog geen garantie dat het uurwerk daarna naar behoren functioneert. De vraag is of het eigenlijk wel mogelijk is een oudere versie in een hogere âom te bouwenâ en zo ja, of Omega dat ook doet wanneer er een A-caliber met problemen wordt aangetroffen. Mocht het horloge een C-caliber bevatten, dan zou het echappement optimaal moeten kunnen functioneren. Hoe dan ook, het horloge moet retour Omega-servicedienst voor een grondig, wellicht tijdrovend onderzoek. Ook voor Omega geldt eigenlijk de veiligste manier: alle echappementsdelen door nieuwe vervangen, want de vereiste toleranties zijn dermate gering dat âeen beetje rommelenâ definitief uitgesloten is!
Succes ermee en vriendelijke groeten,
Robbert
Beste MarnixMoed,
De gecamoufleerde ETA 2892 dus, en dan duikt
meteen de vraag op: welke versie?
Er is namelijk nogal gesleuteld aan dit oudste
caliber met coaxiaal-echappement, met als
resultaat dat er nu A-, B- en C-varianten in
omloop zijn (de versie staat meteen achter het
calibernummer).Aangezien moderne ETA-werkjes een directe centrale
seconde hebben (de minuutwijzer is in dergelijke
calibers indirect), moet de fout zonder twijfel in
het echappement worden gezocht. En dan wordt dat
versieverhaal belangrijk, want met name tussen de
A- en B-series bestaan grote verschillen. Het
coaxiaal-echappement vereist een uiterst exacte
vervaardiging; toleranties van plus of minus
1/1000 millimeter kunnen het verschil tussen
perfect, matig en slecht functioneren bepalen!
Komen daar andere factoren bij, zoals o.a. een te
zwakke ankerbrug of een schokbeveiliging die te
veel laterale (zijdelingse) beweging toelaat
tijdens een klap tegen de kast en daarnaast enig
gedoe rond het al dan niet oliegeven van dit
gevoelige systeem, dan zijn problemen als het ware
voorgeprogrammeerd. Olie? Dat was toch niet nodig?
Nou nee, niet ter voorkoming van slijtage, maar
die olie moest als schokbreker dienen, omdat Omega
in plaats van een zachtere goudlegering staal had
gebruikt voor het bovenste impulswiel en bovendien
de voorkeur gaf aan hogere tikgetallen dan de
18.000 waarmee het systeem in de door Daniels
gemaakte horloges optimaal functioneerde.Ik begrijp dat het horloge ooit door Omega
geĂŻnspecteerd is, alleen is dit nog geen garantie
dat het uurwerk daarna naar behoren functioneert.
De vraag is of het eigenlijk wel mogelijk is een
oudere versie in een hogere âom te bouwenâ en zo
ja, of Omega dat ook doet wanneer er een A-caliber
met problemen wordt aangetroffen. Mocht het
horloge een C-caliber bevatten, dan zou het
echappement optimaal moeten kunnen functioneren.
Hoe dan ook, het horloge moet retour
Omega-servicedienst voor een grondig, wellicht
tijdrovend onderzoek. Ook voor Omega geldt
eigenlijk de veiligste manier: alle
echappementsdelen door nieuwe vervangen, want de
vereiste toleranties zijn dermate gering dat âeen
beetje rommelenâ definitief uitgesloten is!Succes ermee en vriendelijke groeten,
Robbert
Bedankt. Ik weet niet welke versie hij heeft, want aan mân duurdere klokjes wil ik zelf niet rommelen.
Het gaat om deze 007 limited
Ik weet overigens niet 100% zeker dat ie naar Omega terug is geweest.
Beste MarnixMoed,
Ik meende uit de eerdere bijdrage te kunnen opmaken dat het horloge ooit ter reparatie naar Omega was gezonden; excuses voor deze verkeerde interpretatie.
Volgens mij is het A-caliber alleen in de DeVille-serie gebruikt. Het verschil tussen de B- en C-versie is het tikgetal: A en B hebben een frequentie van 28.800 en C â uiterst ongewoon â 25.200 tikken per uur. En dan schijnt er ook nog een revisie D uit 2011 met een totaal vernieuwd echappement te bestaan, eveneens lopend op die lagere frequentie.
Naast het echappement zelf zou ook de secondewijzer de oorzaak van die onregelmatigheden kunnen zijn. Ik kan me nauwelijks voorstellen dat hij los op de as zit, maar dat hij de minuutwijzer raakt of dat de bus waarmee hij op de as zit de binnenkant van de minuutpijp schampt is niet uitgesloten. Loopt het horloge eigenlijk op tijd? Hoe dan ook, dit lijkt me echt een probleem dat Omega moet oplossen.
Succes ermee en vriendelijke groet,
Robbert
Beste MarnixMoed,
Ik meende uit de eerdere bijdrage te kunnen
opmaken dat het horloge ooit ter reparatie naar
Omega was gezonden; excuses voor deze verkeerde
interpretatie.
No worries.
Volgens mij is het A-caliber alleen in de
DeVille-serie gebruikt. Het verschil tussen de B-
en C-versie is het tikgetal: A en B hebben een
frequentie van 28.800 en C â uiterst ongewoon â
25.200 tikken per uur. En dan schijnt er ook nog
een revisie D uit 2011 met een totaal vernieuwd
echappement te bestaan, eveneens lopend op die
lagere frequentie.
Dat van die lagere frequentie was, had ik eerder gehoord. Maar wist niet (meer?) dat 't 25.200 was.
Naast het echappement zelf zou ook de
secondewijzer de oorzaak van die onregelmatigheden
kunnen zijn. Ik kan me nauwelijks voorstellen dat
hij los op de as zit, maar dat hij de minuutwijzer
raakt of dat de bus waarmee hij op de as zit de
binnenkant van de minuutpijp schampt is niet
uitgesloten. Loopt het horloge eigenlijk op tijd?
Hoe dan ook, dit lijkt me echt een probleem dat
Omega moet oplossen.Succes ermee en vriendelijke groet,
Robbert
Ik ben er erg zuinig op en draag em niet zo vaak. Het was me ook niet gelijk opgevallen. Hij loopt wel op tijd, zij het iets achter, doch zeker binnen cosc maatstaven.
Bovendien is garantie volgens mij net voorbij. Had em eind 2008 gekocht. Kan er weinig meer aan doen denk ik, zonder extra kosten te maken.
Said no springdrive owner ever
De QC-problemen van destijds zijn nog steeds actueel, kan ik uit ervaring bevestigenâŠ
Ik duik de archieven in. Een gratis forum met 10jaar leesplezier
Altijd nieuwe horloges online kopen, dan heb je 14 dagen retourrecht en je bent veel goedkoper uit. Als de ADâs geen perfecte service en klantvriendelijkheid kunnen leveren dan verdienen ze de opslag ook nietâŠ
Omega is ook gewoon een merk wat miljoenen horloges produceert, QC zit in mijn optiek op het niveau van IWC, TagHeuer en Panerai, acceptabel niveau en niet perfect dus⊠mijn SanMartin heeft een hogere QC dan OmegaâŠ
Lijkt wel alsof de status van een merk ook het QC niveau bepaalt? Ik zou mijn verwachtingen van Omega dan maar snel bijstellen
Nee, als ik met zoân lelijk hok loop zou ik ook niks zeggenâŠ