Afwerking. Altijd voer voor een goede discussie op de interwebs.
Het onderwerp levert vaak passionele en soms polariserende discussies op. Deze discussies worden vaak gevoerd o.b.v meningen en sentimenten. Het lijkt mij leuk om, gewapend met een macrolens, letterlijk in te zoomen en een aantal verschillen vast te pakken.
Disclaimer #1
Voordat we verder gaan, wil ik benadrukken dat ik geen , ik herhaal geen horlogemaker/expert ben op dit vlak.Ik sta dus ook niet in voor de kwaliteit van mijn eigen analysis en conclusies.
Intro
Voordat we beginnen is goed om kort de nut en noodzaak van afwerkingstechnieken te bespreken.
In de beginjaren waren de afwerkingstechnieken vrij simpel en functioneel. Horlogeonderdelen zoals bruggen werden handmatig uitgezaagd en ingeboord. De onderdelen werden vervolgens netjes afgewerkt om de wrijving van de bewegende onderdelen te verminderen. Een ander voordeel is dat afgewerkte onderdelen veel minder last hadden van corrosie en daarmee de duurzaamheid van het uurwerk verhoogde. Een voorbeeld van “Form meets Function” is Côtes de Genève. Tegenwoordig wordt het voornamelijk toegepast als decoratie op de bovenste bruggen. De techniek werd vroeger gebruikt om stof in het uurwerk op te vangen zodat het niet (of minder) tussen de bewegende delen terecht kwam.
Tegenwoordig gaat het al lang niet meer om de functionele werking maar is afwerking een belangrijk onderdeel voor horlogemakers om identiteit en vakmanschap te etaleren, iets dat (in de huidige visueel georiënteerde Insta-wereld) veel wordt besproken en waar veel aandacht voor is. Verschillende horlogemerken maken hier dankbaar gebruik van.
Ik wil tevens benadrukken dat afwerking één aspect van deze hobby is, een onderwerp dat ik hier wil uitlichten.
Dat betekent niet dat dit ene onderdeel het hele verhaal verteld. Er zijn talloze horloges met een matige afwerking die zonder twijfel briljant zijn, net zo goed zijn er vele horloges die prachtig zijn afgewerkt maar verder nergens op slaan.
Dus, mijn advies; Kijk altijd naar het bredere plaatje en staar je niet blind op afwerking alleen.
Laten we aftrappen!
Voor dit vergelijk gebruik ik de Patek Philippe 5960G en de Zenith Chronomaster Revival Shadow. In eerste instantie zijn dit geen horloges die je in een vergelijk zou verwachten, maar er zijn meer overeenkomsten dan je zou verwachten.
Beide zijn automatische columnwheel chronografen. De 5960 is de allereerste automatische chrono van Patek Philippe en volgens de marketingafdeling van Zenith is de Chronomaster de allereerste automatische chrono ooit, maar goed dat is een discussie voor een andere keer
Naast merk en materiaal is prijs een verschil dat benoemd moet worden. De zenith zit in het midden van het luxe segment en Patek aan de bovenkant, dat zie je aan de prijs, de gebruikte materialen en aan de afwerking. Juist daarom heb ik deze horloges gekozen om deze verschillen te laten zien.
Even wat specs op een rijtje:
Patek Philippe Flyback Chronograph Annual calendar 5960/01G
- Kast: 40.5mm x 13.5mm, witgoud
- Uurwerk: cal. CH 28-520 IRM QA 24H, Automatische chronograph (verticale koppeling) 4Hz freq. Gangreserve van 55uur. 282 onderdelen. 456 onderdelen
- Functies: Uren, minuten, Annual Calendar (Dag, datum, maand), gangreserve indicator, Dag/nacht indicator, flyback chronograph met centrale seconde en een monocounter op 6 uur (uren en minuten)
Zenith Chronomaster Revival Shadow
- Kast: 37mm x 12.6mm, micro-blasted titanium
- Uurwerk: cal. El Primero 4061, automatische columnwheel chronograaf (horizontale koppeling), 50 uur gangreserve.
- Functies: Uren, minuten, small seconds (Dag, datum, maand), chronograph met uren en minuten subdials
Disclaimer #2
Beide horloges zijn in mijn bezit en gekocht van mijn zuurverdiende geld, ik ben hierin dus niet objectief.
Als we de horloges omdraaien dan zien we twee mooi afgewerkte uurwerken. De Zenith is vrijwel volledig mechanische afgewerkt. Patek Philippe kiest voor een combinatie van machinale en handmatige afwerking. De basis is machinaal en vervolgens vind de finale afwerking (Anglage, polijsten van de schroefjes, aanbrengen van Perlage) handmatig plaats.
Laten we verder inzoomen:
Bij de Zenith zien we als eerste de (volledig machinaal afgewerkte) rotor met een verticale Côtes de Genève. De verticale strepen zijn vrij hard maar duidelijk zichtbaar en spelen met het licht. De golven tussen de strepen zijn fijntjes aangebracht met hier en daar wat onregelmatigheden. De rotor is opengewerkt en in het midden prijst het Zenith Logo. De randen zijn netjes afgewerkt, met name de twee puntjes van de ster die naar buiten reiken zijn scherp afgewerkt, niet verkeerd! In het midden van de rotor vinden we een dopje met een sunburst patroon. De drie schroefjes hebben een hoogglans afwerking. De verzonken “jewel” in het midden is verder onafgewerkt.
Als we een tand dieper het uurwerk ingaan dan zie je dat de basis gezandstraald is en verder onafgewerkt is. De chronograaf onderdelen hebben allemaal een verticale brushing en de bruggen zijn voorzien van perlage.
Leuk detail zijn de blauwe schroefjes en het blauwe columnwheel. Al met al een aantrekkelijk uurwerk om naar te kijken. De afwerking is functioneel en goed uitgevoerd.
Als we de Patek erbij pakken dan is het eerste dat opvalt de grote 21K gouden rotor. Patek heeft geen moeite gedaan om de rotor open te werken (wellicht om zoveel mogelijk massa te behouden). De rotor is voorzien van een zeer strak uitgevoerde ronde Côtes de Genève. Waar je bij de Zenith de nogal harde lijnen opvallen, zie je bij de Patek vloeiende organische lijnen. Het rijkelijk aangebrachte logo is zo strak, dat moet machinaal gedaan zijn. In het midden van de gouden rotor zie je perfect aangebracht Perlage. Het afdekkapje in het midden is “black polished” en de verzonken jewel heeft een black Polished rand. Als we dieper het uurwerk inkijken dan zien we verschillende afwerkingen. De drie grote bruggen hebben een doorlopende Côtes de Genève die perfect op elkaar zijn uitgelijnd, tevens zijn alle bruggen voorzien van dikke handmatige aangebrachte anglage. Alle schroefjes hebben een zwarte afwerking en zijn verzonken in eveneens zwart gepolijste gaten. De basisplaat heeft handmatig aangebrachte perlage in verschillende grootte. De overige componenten hebben een brushed finish en zijn tevens voorzien van anglage. Het columnwheel heeft geen anglage en lijkt niet handmatig te zijn behandeld.
Alle onderdelen van de Annual Calendar zitten aan de voorkant gemonteerd en zien niet zichtbaar. De grote bruggen en de massieve rotor blokkeren een groot deel van het zicht.
Als we nog een tandje verder inzoomen dan zie je goed de machinale afwerking. Het anker bovenop de blauwe columnwheel vind ik een van de leukste details en is typisch voor het El Primero uurwerk.
Het anker heeft anglage, ik zou gokken handmatig aangebracht. De koppeling (dat grote onderdeel rechtsonder in beeld) heeft ook een minimale anglage. Verder zie je dat de componenten (buiten de Brush) geen verdere afwerking hebben.
Als we de andere brug erbij pakken dan wordt het opeens wat rommeliger. De perlage is rommeling aangebracht, de jewels zijn niet afgewerkt en de overgangen tussen de verschillende afwerkingen zijn niet zo strak (let op! We zitten inmiddels op microscoop niveau?
Wat krijg je als je de Patek erbij pakt? Hier zien we opnieuw de grote brug met prachtig aangebrachte Côtes de Genève, extra aandacht voor de manier hoe de cirkels overlopen van de grote brug naar de kleinere brug links in beeld. Daarnaast zien we dat alle schroeven volledig zwart gepolijst zijn en dat ze zijn verzonken in gaatjes met zwart afgewerkte randen.
Aan de andere kant zien de het balanswiel en een kleinere brug. (Let trouwens op het volledig zwart gepolijste tandwiel dat achter de rotor uitkomt. Echt een mooi component dat me doet denken aan de tandwielen van Laurent Ferrier. Als je hier dieper het uurwerk in kijkt (Excuses voor de slechte focus) dan wordt de anglage steeds minder.
Patek krijgt steeds vaker kritiek om het feit dat ze geen inner angles* toepassen in hun uurwerken. Op deze brug zie je wel een scherp gevormde outer angle. Dit vergt ook veel vakmanschap en geduld.
*Inner Angles
Inner Angles zijn scherpe naar binnen geslepen vouwen. Dit wordt gezien als een van de moeilijkste en meest tijdrovende afwerkingstechnieken (hier komen vijlen, houtjes en diamantpasta aan te pas). Hier een voorbeeld van een inner angle in het cal. 4400 van Vacheron:
De afwerking houdt niet op aan de achterkant. De kast van de Zenith is volledig afgewerkt in een gematterde titanium kast.
De opgelegde markers zijn (ik denk) gerhodineerd en de subdials zijn voorzien van subtiele cirkels. De tekst is erg strak aangebracht, iets waar concurrerende merken nog niet van kunnen leren.
Bij de Patek is meer te zien. De wijzers en markers zijn van witgoud. De markers hebben drie facetten en zijn voorzien van kleine vierkantjes met lume.
De vensters rond de Dag, datum en maand aanduidingen zijn ook van witgoud. De buitenkant is gepolijst en de binnenkant heeft een frosted afwerking. Ik vind het vooral bijzonder hoe strak de overgang is. De tekst is zeer strak aangebracht.
Een punt van aandacht dat dit uurmerk kenmerkt is het verschil in grootte tussen het maandvenster en de dagvenster. Het dagvenster is een stukje breder dan het venster bij de maanden.
Zo, het is een heel verhaal geworden, hopelijk dat het wat meer inzicht geeft in de verschillen tussen beide horloges.
Komt er nog een conclusie ofzo? Nee, eigenlijk niet. Het is logisch dat er een groot verschil in afwerking zit tussen beide modellen en ik waardeer beide hiervoor. Dit verschil komt natuurlijk met een prijs, een stevige prijs.
Of dit het waard is… Die afweging mag iedereen zelf maken.