De executive summary is dat ik een C shape Seiko duiker heb gekocht, dat ik er blij mee ben en dat je voor plaatjes kunt scroll’n. Voor wie echter iets meer wil weten zetten we eerst even een Japans muziekje op voor de sfeer, dit keer wat Japanse jaren '70 funk met klassieke Japanse instrumentatie:
Want de jaren zestig en zeventig, dat waren gouden tijden voor Seiko duikhorloges. Zoals iedereen weet was de eerste propere Seiko duiker ooit, als je de Silverwave horloges van 1961 buiten beschouwing laat, de 62MAS. Dit horloge was van 1965 tot 1968 in productie, maar werd al snel vervangen door de Marinemaster-achtige kasten van de 6215-7000 die in 1967 het levenslicht zag.
Als je dat horloge bekijkt dan zie je direct waar de MM300, de MM200 en de Stargate duikers hun DNA weg hebben. Deze professionele duikhorloges hadden monocoque kasten, een schroefkroon op 4 uur en in sommige iteraties ook al high-beat uurwerken. Dit waren de horloges die een Japanse professionele duiker er toe noopten om een klacht in te dienen bij Seiko omdat ze niet robuust genoeg waren, wat tot de ontwikkeling van de Emperor Tuna leidde die in 1975 op de markt kwam.
Seiko had naast deze lijn van duurdere, professionele duikers ook een lijn van goedkopere skindivers uitgebracht. De eerste generatie daarvan was dus de directe vervanger van de 62MAS, want in 1968 introduceerde Seiko de 6105-8000.
De Vietnam-oorlog was in volle gang, en veel Amerikaanse soldaten zagen in de jungle hun issued horloges bezwijken, waarna ze bij de army exchange een 6105-8000 gingen halen. Dit horloge werd daarmee het inofficiële horloge van het leger in die oorlog, die overigens onterecht en verschrikkelijk was. Maar het zegt iets over de betaalbaarheid en de robuustheid van deze horloges. De maten waren toentertijd 41 x 12,5 x 47mm.
Toen Francis Ford Coppola in 1979 dan ook de film Apocalypse Now uitbracht droeg de protagonist, Captain Willard, dus ook een Seiko duiker die in één klap beroemd werd, maar het was niet de duiker die het meest om de pols der soldaten lag. Het ging daarbij om de 6105-8110, oftewel de Willard, oftewel de Uemura, in Japan dus vernoemd naar de Japanse ontdekkingsreiziger die met zo’n ding naar de Noordpool ging omdat z’n Rolex het niet overleefde in die temperaturen.
Sindsdien is de Uemura/Willard de droom-duiker geworden voor velen. Toen de SPB153 en SPB151 her-uitgaven daar van in 2020 op de markt kwamen smolt het internet dan ook. Sterker nog, ik kocht er eentje:
Het was een fantastisch horloge voor me. Evengoed zat hij op de lange termijn niet lekker omdat hij met 43mm breedte en een hoogte van 13,2 topzwaar bleek en gewoon niet comfortabel bleek te zijn. Dus hoe mooi hij ook was, het is niet de ultieme laatste duiker geworden die ik ooit kocht. De duiker ging de deur uit ten faveure van twee Franse 39mm duikertjes.
Mijn reis naar kleinere horloges gaf me een probleem. De Mini Turtle was te hoog voor me, de SKX013 was in mijn optiek niet mooi van proportie, en ik ging dus zonder Seiko duikhorloge door het leven.
Tot gisteren.
Even een nieuw muziekje voor de sfeer:
Vorig jaar bracht Seiko namelijk een her-uitgave uit van het OG Vietnam-horloge, de 6105-8000. Dit deden ze met redelijk stille trom. Het internet ontplofte niet, er was geen hype, er was alleen een artikel in Monochrome waar de drie varianten getoond werden in irritant coole foto’s:
Mijn interesse was gewekt, en overal waar ik kwam waar een Seiko dealer zat moest ik even vragen of ze er eentje hadden liggen om te passen. Maar nee, nergens was zo’n ding te bekennen of te vinden. Ik ging even door met andere dingen, maar dit horloge bleef jeuken.
Toen laatst een dealtje met een Super Squale fout liep had ik er dan ook schoon genoeg van. Ik appte vriend Kremer in Emmen, en twee dagen later was ik weer in het bezit van een duikhorloge: De SPB317.
Dit horloge is een super getrouwe her-uitgave van de 6105-8000. De maatvoering is perfect, hij is dus 41 x 12,3 x 46,9mm gebleven, en oh boy, wat maakt dat een verschil ten opzichte van de Uemura en 62MAS her-uitgaves zeg. Het horloge is een genot om te dragen, omdat hij gewoon kleiner en lichter is dan alle voorgaande Seiko duikers die ik ooit heb gehad. Met name de geringe hoogte zorgt er voor dat het gewoon niet schuift of topzwaar voelt. Hij is dus even comfortabel als de Mini Turtle, maar nog een tandje platter op de pols. Chapeau.
Als we naar de wijzerplaat kijken zien we een korrelig matte plaat met gestanste indices die met dikke lagen lume zijn ingelegd. De wijzer-set is dezelfde als die van de SPB14x en SPB15x, dus we zien hier weer de klassieke spade voor de secondes, en de zwaard-wijzers waarvan één kant gepolijst is en de andere een brush heeft. De afleesbaarheid is dus meer dan uitstekend.
De datum is een punt wat veel mensen lijkt te irriteren, maar net zoals met mijn Alpinist ben ik gewoon om. Het is super fijn om een klein, onopvallend datum-venstertje te hebben. Hij is er alleen als je 'm zoekt, maar negen van de tien keer dat je kijkt komt het horloge over als een no-date. Als ze recht in de leer waren geweest was er natuurlijk een omlijst datumvenster op 3 geweest, zoals op het origineel, maar ik vind dit een elegante oplossing.
Over de kast kunnen we kort zijn: Het is een toolwatch. Er zijn geen facetten, de hele kast is gesatineerd, en het is een archetypische Seiko vorm. Hij is wel vele malen strakker dan de blobby vormen van de Willard kast. En is daarmee ook meer onder de radar. De kroon is, in tegenstelling tot die van de originele 6105-8000, niet gesigneerd, maar de actie van opwinden en schroeven is strak. Er staat een review op Youtube waar men klaagt over de schroefkroon, maar de mijne werkt perfect.
De bezel is perfect uitgelijnd, klikt goed en er zit verbazingwekkend weinig speling in, af fabriek. De kleur is wel een dingetje: Net als de wijzerplaat is de bezel niet zwart. Dit horloge is eigenlijk donkergrijs of antraciet. Het komt niet over als zwart als je 'm om de pols hebt, wat het hele horloge iets lichts geeft.
De kast loopt, net als bij de Mini Turtle en Willard, van de pols af, waardoor je veel bewegingsvrijheid hebt. Je ziet hier ook goed dat het saffier, wat AR coated is aan de binnenkant, ook double domed is. Er zit ook een lichte blauwe gloed in. Die kast is overigens voorzien van DiaShield coating. Hij zou dus behoorlijk bomb proof moeten zijn.
Ook zien we dat de coin edge bezel naar boven toe wat taps toe loopt, net als op mijn Serica 5303. Dit maakt 'm erg grippy, maar zorgt er ook voor dat het horloge makkelijk onder een mouw schuift.
Als we het horloge dan omdraaien is het een feest der herkenning. Hier geen zichtbodems of andere onzin, gewoon een plaatstalen schroefdeksel met the Great Wave off Kanagawa in het midden en wat technische gegevens er om heen. Ik word toch altijd weer blij als ik die verwijzing naar Hokusai zie op een horloge. Hier nog even wat achtergrond over dat kunstwerk en de periode waarin het tot stand kwam:
Maar goed, terug naar het horloge. Onder die zichtbodem ligt een uurwerk waar ik zo m’n bedenkingen bij heb. De 6R35 heeft in mijn optiek namelijk een te lage amplitude en een te grote positionele variate. Ik had eigenlijk liever gezien dat ze het horloge van een 4R uurwerk hadden voorzien om het vervolgens 150 ballen goedkoper aan te bieden, want ik heb de 4R eigenlijk hoger zitten. Mijn exemplaar loopt strak. Wellicht zijn we een generatie verder van de 6R35 die in mijn Willard zat, zo was de 6r15 C ook beter dan z’n voorgangers.
Tot slot kan ik nog zeggen dat dit horloge een enorme bandenslet is. Man, dankzij de antraciete plaat en de uiterst strakke, simpele kast kun je er echt alles op gooien wat je maar wilt. Leer, rubber, of NATO in elke kleur, het maakt allemaal niet uit:
Dat het een bandenslet is is maar goed ook, want de meegeleverde siliconen-band is prima maar onopmerkelijk en eigenlijk een tandje te lang en grof. Wederom zonder taper, wederom met een bandenspoor en wederom met grote stalen keeper. Hij ligt weer ongebruikt in de kast. Dit is ook mijn enige echte kritiek op dit horloge: Ze hadden beter een periode-correcte 20mm waffle-band kunnen uitbrengen. Dan was hij helemaal af.
Kortom, ik ben erg blij met deze aanschaf. Dit kon nog wel eens een blijvertje gaan worden, omdat dit van alle duikers die ik van Seiko heb gehad toch de beste lijkt te zijn. Even een bloemlezing van m’n exen in chronologische volgorde:
Ik kan met recht zeggen, na veel vergelijkingsmateriaal, dat dit de beste Seiko duiker is die ik tot nu toe in handen heb gehad:
Hulde. Een blijvertje.